Tag: nederlands

Leve de vermogensrendementsheffing

Leve de vermogensrendementsheffing

De Hoge Raad zette in 2021 een streep door de vermogensrendementsheffing. Belangrijkste reden was dat fictieve rendementen geen houdbare grondslag zijn voor een belastingheffing. Als gevolg hiervan heeft de belastingdienst zo’n 14 miljard Euro ten onrecht geind. Het wordt vervolgens een grote klus om dit geld weer bij de gedupeerden terug te krijgen. Daarnaast moet er een nieuwe invulling aan deze belasting worden gegeven. Daarbij wordt op dit moment vooral gekeken naar een grondslag op basis van gerealiseerd rendement.

Dat is jammer, want de vermogensrendementsheffing was een administratief eenvoudige manier om belasting te heffen op vermogen. Het meten van vermogensrendement op basis van fictief rendement is inderdaad een gekunstelde truuk. Binnen de loonbelasting en inkomstenbelasting zouden we het ook niet op prijs stellen wanneer we belast worden op basis van een fictief loon. Maar de oplossing van het ligt niet in de heffingsgrondslag maar de naamgeving. De eenvoudige oplossing is om deze belasting te hernoemen tot “Vermogensbelasting”. Dit was controversieel, en om die reden is er in het verleden gekozen voor de naam “Vermogensrendementsheffing”.

Een vermogensbelasting in lijn met de ‘oude’ vermogensrendementsheffing heeft grote voordelen vanwege de eenvoud. De heffingsgrondslag kan eenvoudig bepaald worden op basis van de waarde van de (financiele) bezittingen die nu al verzameld en gerapporteerd worden. Er kan uiteraard gediscussieerd worden over de hoogte van het tarief en een belastingvrije voet.

Het lijkt me redelijk om ook het pensioenvermogen hierin te nemen. Op dit moment zijn er veel mensen die geen pensioen opbouwen in een pensioenfonds (zoals ondernemers) maar zelf vermogen opbouwen. Voor een modaal inkomen heb je al gauw een pensioenvermogen nodig van 500.000 Euro en het zou oneerlijk zijn dat iemand die een pensioen op wil bouwen buiten een pensioenfonds dan vervolgens 5000 Euro per jaar moet betalen terwijl iemand in vaste loondienst dit niet zou hoeven te doen. Mijn voorstel is om deze belasting opnieuw in te voeren als vermogensbelasting met een tarief van 0.8% en een behoorlijk grote belastingvrije voet van laten we zeggen 1 miljoen Euro.

Deze oplossing is beter dan een belasting op basis van het gerealiseerd rendement. Waarom zou iemand met een vermogen van 2 miljoen Euro belegd is op een spaarrekening met een rente van 0% niet belast hoeven te worden terwijl iemand anders met hetzelfde vermogen in winstgevende aandelen wel belast moeten worden? Daarbij is het ook nog een keer zo dat iemand die veel rendement maakt het volgend jaar alsnog een hoger vermogen heeft en dus ook een hogere vermogensbelasting zal betalen.

Het grote probleem bij een belasting op het gerealiseerde rendement is dat die veel complexer is voor het bepalen van de heffingsgrondslag. Bij liquide financiele instrumenten zoals aandelen en obligaties is dat wel te doen, omdat koerswinsten over het algemeen zonder al teveel discussie kunnen worden uitgerekend. Toch zal ook dit al lastig zijn omdat de aanbieders van beleggingsproducten en online brokers deze berekeningen nog wel moeten maken en aanleveren. De vraag is of aanbieders in het buitenland dit willen doen. Een andere optie is om de belastingplichtige zelf deze berekeningen te laten doen, maar dat leidt dan weer tot een meer ingewikkelde belastingaangifte en de noodzaak om deze te controleren.

Voor minder liquide financiele producten is dit moeilijker. Een ongerealiseerde koerswinst op een vastgoed belegging wordt dan bepaald door een taxateur. Toegegeven, dit is ook zo bij de vermogensbelasting maar de impact hiervan zal kleiner zijn omdat het tarief van de vermogensbelasting lager kan zijn dan bij de vermogensrendementsheffing. Dat brengt mij bij een andere punt: vanuit het perspectief van de staatsfinancien zal een belasting op basis van werkelijk rendement tot veel sterkere fluctuaties in de belastingopbrengsten leidden. Dat is op zich onwenselijk. Het betekent bovendien dat in jaren met een positief rendement, het belastingtarief hoger moet zijn om de jaren met een negatief rendement te compenseren.

Het is niet onredelijk dat meer vermogenden een extra bijdrage aan de overheidsfinancien betalen. De waarde van vermogenstitels zoals aandelen, obligaties en pensioenrechten wordt ook beschermd door de instituties in onze samenleving, meestal betaald met belastinggeld. Ik denk daarbij aan de juridische context die er voor zorgt dat bijvoorbeeld ondernemingen als juridische figuur kunnen bestaan, waardoor het vervolgens mogelijk is om aandelen te kopen via een online broker of de bank. Deze context zit verweven in de wetgeving en de rechtspraak op dit gebied, maar ook de normen en waarden van ondernemerschap die ook via ons onderwijssysteem worden gedeeld. Dat is een kostbare infrastructuur die het bezit van vermogenden beschermt. Tot slot kan een vermogensbelasting bijdragen aan het voorkomen en verkleinen van extreme ongelijkheid in de samenleving.

Financial Investigator: 2023 Fabels over vermogensbelasting vergroten ongelijkheid

NRC 2024: Wie wordt er gecompenseerd voor de fouten in box 3en wie betaalt dat

NRC 2022: Voorlopig geen aanslag voor vermogen in box 3

Een open perspectief op beleggen

Om de beste beleggingen te kiezen is het belangrijk om de eigen risico-capaciteit en de risico-bereidheid te kunnen. Hoeveel kun je je veroorloven om te verliezen zonder in de problemen te komen en hoeveel ben je bereid om te verliezen. Deze afweging is op de lange termijn is de risico-vraag belangrijk dan per se de beste beurs te kiezen. Met deze gedachte paraat, kan de belegger beginnen met het inrichten van een beleggingsportefeuille.

In de afgelopen decennia hebben actief beheerde beleggingsfondsen een groot deel van het marktaandeel moeten afstaan aan indexfondsen. Er is veel gediscussieerd over de hoogte van de kosten, en wat je als belegger daarvoor terugkrijgt. Dat heeft ertoe geleid dat beleggers zich via Exhange Traded Funds (ETFs) op index fondsen gingen storten. Lage kosten en op lange termijn een goede performance.

De zelfstandige indexbelegger heeft dan weliswaar weinig kosten, maar het is nog steeds niet gemakkelijk om een goede portefeuille te maken. De grote uitdaging is om de juiste markt of combinatie van markten te kiezen. Het onderstaande overzicht laat zien hoe de verschillende indexen hebben gepresteerd over de afgelopen 5 jaar.

Afbeelding 1: Gemiddeld rendement en riscio-gecorrigeerd rendement over de periode 30-6-2019 tot en met 30-6-2024

De verschillen tussen de verschillende markten zijn groot. Noord Amerika is by far de beste performer als aandelenmarkt met 15,8% rendement per jaar terwijl een belegger in Latijns Amerika het met slechts 1,8% per jaar moet doen over de afgelopen 5 jaar. Dat verschil maakt misschien nog niet zoveel indruk, maar als je 1.000 Euro begon te beleggen in Noord Amerika heb je na 5 jaar 2.080 Euro, een ruime verdubbeling. De belegger in Latijns Amerika eindigt met 1094.

Veel mensen beleggen in Crypto Currency, zoals Bitcoin. Dat was een zeer aantrekkelijke belegging in de afgelopen 5 jaar, met een jaarlijks rendement van 39,2%. Na vijf jaar heeft de Bitcoin belegger zijn vermogen van 1.000 Euro zien groeien naar 5.225 Euro. Daar kunnen aandelen niet tegenop. Tegelijkertijd is het risico van Bitcoins ook spectaculair veel groter dan dat van aandelen. Dat valt af te lezen uit de standaard deviatie van de rendementen (de kolom met Std in de tabel) die 69.9% per jaar is voor de Bitcoin.

Om enigszins rekening te houden staat in de Afbeelding ook het risico-gecorrigeerde rendement voor resp. een conservatieve, een gemiddelde en een aggresieve belegger. De tabel is gesorteerd op de risico-houding van de gemiddelde belegger. Het risico-gecorrigeerde rendement is gelijk aan het gewone rendement minus het risico vermenigvuldig met de risicoaversie van de belegger. Als een belegger haar hele vermogen in één markt wil steken, dan dient dit gecorrigeerde rendement groter te zijn dan de spaarrente, anders kan het geld beter op de bank blijven staan. De tabel laat zien dat de aggresieve belegger de Bitcoin het meest interessant vind met een risico-gecorrigeerd rendement van 14,8% terwijl de gemiddelde en conservatieve belegger liever voor aandelen zou kiezen.

De onderlinge verschillen tussen markten zijn echter groot en je weet van te voren niet hoe de tabel er over 5 jaar uit zal zien. Dat betekent dat een particulier belegger goed over zo’n portefeuille van indexfondsen na moet denken. Spreiding is een sleutelwoord. De wereldindex spreidt over meerdere beurzen en heeft daarmee het meest stabiele resultaat.

Om de beste beleggingen te kiezen is het daarom van belang om goed in kaart te brengen wat de eigen risico-capaciteit is en de risico-bereidheid. Hoeveel kun je je veroorloven om te verliezen zonder in de problemen te komen en hoeveel ben je bereid om te verliezen. Deze afweging is op de lange termijn is de risico-vraag belangrijk dan per se de beste beurs te kiezen. Om de rendementen uit de tabel te behalen, moet je wel de volledige periode uitzitten, en dat gaat mis als je bijvoorbeeld tussentijds moet verkopen om een nieuwe auto aan te schaffen.

Toelichting

Dit is een overzicht van de beursprestaties op het niveau van aandelen markten. Dit geeft een inzicht in de ontwikkelingen op de beurzen wereldwijd, op het niveau van regios (Europe vs Noord Amerika), en dichter bij huis de grotere beurzen in Europa. De rendementen die hier gegeven zijn, zijn gebaseerd op een gemiddelde van de belangrijke leveranciers van beursindices, zoals MSCI, FTSE, maar ook de door locale beurzen gemaakte indices.